Een artikel in Jubel van advocaat Philip Daeninck ( 30/3/2023) licht kritisch het belang toe van actief luisteren door de rechter op de terechtzitting, desgevallend op een interactieve manier.
“…De taak van een advocaat bestaat er in om zijn visie en die van zijn cliënt aan de magistraat uiteen te zetten, te bepleiten, te beargumenteren.( de inhoud van het dossier wordt geacht gekend te zijn nvdr) De uitspraak “Meester, u moet dit allemaal niet pleiten, ik ken het dossier.” is in die zin volstrekt misplaatst: de bedoeling is niet om kennis over te dragen, wel om een visie te beargumenteren.
…De taak van de magistraat bestaat er net in om weliswaar het dossier voor te bereiden, maar toch ontvankelijk te blijven voor een andere zienswijze dan de eigen. Deze evenwichtsoefening vormt de zeer moeilijke en inspannende taak van elke magistraat: in alle openheid alle standpunten absorberen, nadien beraadslagen en uiteindelijk een mening vormen, doch pas na kennisname van alle standpunten. Essentieel is bijgevolg dat men bereid moet zijn andere meningen te aanhoren, en zich door deze andere mening zelfs moet kunnen laten overtuigen…”
Actief luisteren. Het is luisteren met aandacht en inlevingsvermogen, open vragen stellen, op tijd en stond samenvatten en herformuleren.
Het hangt uiteraard samen met de tijd toelaten. En tijd is op een terechtzitting schaarser dan bij een bemiddeling.
Bij het pleiten van een zaak voor de rechtbank tikt de klok snel(ler). Voor de advocaat/ belangenbehartiger van zijn clïent is het niet steeds eenvoudig om voldoende tijd te krijgen de zaak toe te lichten. Soms ontstaat er een interactief debat, soms is er enkel het beluisteren door de magistraat en sluit de rechter af met : ‘liggen alle bewijsstukken neer ? Dan neem ik de zaak in beraad….’
Als advocaat vraagt het ervaring en alertheid om aan een rechter meer tijd te vragen om een belangrijk punt toe te lichten of een wederwoord te geven als de rechter duidelijk maakt dat de informatie voor hem/haar wel voldoende is om te komen tot een ernstige beoordeling.Tot ‘rechterlijke zekerheid’ komen betekent niets anders dan dat de rechter zodanig overtuigd is door de inzichten die hij heeft na kennis van het dossier en de discussiepunten, toegelicht in het pleidooi, dat hij niet meer ernstig denkt aan het tegendeel.
Als de cliënt zelf aanwezig is op de zitting en wil spreken en verduidelijken, is dit in burgerlijke zaken niet steeds vanzelfsprekend om ook hiervoor tijd te voorzien.
Bij bemiddeling is er geen rechter die de zaak na pleidooi in beraad neemt en gaat beslissen over het geschil; actief luisteren is de centrale spil voor àlle betrokkenen: de bemiddelaar én ook de deelnemers. Het is een gesprekstechniek die de erkende bemiddelaar beheerst.
In plaats van oplossingsgedreven te zijn en zo snel mogelijk een oplossing te zoeken en vinden, gaat het om verkennen wat de ander wil zeggen. Stil staan en voorstellingsgericht kijken wat er gaande is, luisteren naar de beleving, overtuiging en wens van de ander. Hoe minder referentiepunten betrokkenen daarbij hebben hoe beter ze uit een denkschema blijven.
Actief luisteren en belangstellende vragen impliceert ook dat er stiltes komen en het zwijgen en niet-weten verdragen kan worden. ‘Stilte is de ultieme open vraag’ schrijft coach Benjamin Ball. Hij beschrijft mooi hoe zwijgen meer ruimte in gesprekken brengt en je eerder de impact van woorden weegt ipv de inhoudelijke juistheid van argumenten en oplossingen.( boek Coachen zonder blabla, Lannoo Campus)
In bemiddeling starten partijen de eerste gezamelijke bemiddelingssessie met elk kort uiteen te zetten waar de discussie om gaat. Ook dan komt het voor dat de andere partij al snel zegt: “ja, wat je vertelt weet ik heus al wel…’ Hij/zij vindt het niet nodig om te luisteren want het verhaal en zienswijze van de ander is hem intussen bekend. De bemiddelaar kan de partij er dan vriendelijk attent op maken om nogmaals te luisteren om toch nog iets nieuws te horen. De bemiddelaar zal zelfs aan een partij durven vragen om kort samen te vatten in eigen woorden wat hij precies heeft gehoord nadat de andere zijn verhaal deed.
Een groot voordeel van bemiddeling is dat de bemiddelaar de tijd neemt om met de partijen er te geraken. Indien er een advocaat is die een partij bijstaat, kan ook deze tussenkomen en is er tijd voor overleg met de cliënt apart. Aan één stuk pleiten ‘tegen de tijd’ zoals op de rechtbank gebeurt niet.
De bemiddelaar heeft geen belang bij de uitkomst van het geschil en zegt al eens : ‘ik heb tijd…’ wanneer partijen in een oeverloze ping-pong discussie aanbelanden. Dit klinkt misschien provocatief maar de tijd als ‘compagnon de route’ is in een bemiddelingsproces een weloverwogen keuze.